Surinaamse Nasi

Surinaamse Nasi

Ingrediënten:
– 500gr basmatirijst
– 1 grote ui
– 6-8 teentjes knoflook
– 2-4 maggiblokjes
– 1 klein stukje trassie
– 1tl zwarte peper
– 1/2tl pimentpoeder
– 2cm verse gember in 2 stukjes gehakt
– 1 kipfilet
– 50gr/klein bakje gedroogde garnalen
– zoete ketjap manis
– zoute ketjap/chinese black soy
– 3 stengels selderij
– 100gr doperwten
– zonnebloemolie


Bereiding:
Kook de rijst gaar en laat deze afkoelen. Laat de gedroogde garnalen een half uurtje wellen in een bakje water.


Er zijn 2 manieren om de kip te bereiden:
1. Kook de kip gaar in water waar je een bouillonblokje en takje selderij aan toevoegt. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze of snijd ‘m in kleine stukjes (voor als je weinig tijd hebt).
2. Smeer de kip in met een verkruimeld maggiblokje en laat deze een uur marineren in de koelkast. Bak de kipfilet vervolgens gaar en met een krokant jasje in de olie. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze fijn.


Hak de ui en knoflook fijn. Hak de blaadjes selderij fijn en bewaar deze in een bakje voor later.


Verwarm wat zonnebloemolie in een wok en bak hierin het ui/knoflookmengsel zachtjes. Voeg na circa 2 minuten de zwarte peper, pimentpoeder, stukjes gember, 2 maggiblokjes en de trassie toe. Voeg een klein scheutje water toe zodat het niet aanbakt, maar een papje wordt. Bak dit nog even een paar minuten door. Voeg daarna de gepluisde of stukjes kip toe en de garnalen. Bak dit wederom een minuutje of 2 mee. Als laatste gaan de doperwten erin, ongeveer een minuutje.


Zet het vuur wat zachter en voeg de helft van de rijst toe. Doe hier 4 eetlepels zoute ketjap en 2 eetlepels zoete ketjap bij. Ga nu heel goed roeren met 2 pollepels. Iedere korrel rijst moet een bruin laagje krijgen, neem hier de tijd voor. Voeg daarna de andere helft toe met nog 3 eetlepels zoute ketjap en 1 eetlepel zoete ketjap. Wederom heel goed roeren totdat alle rijstkorrels mooi bruin zijn. Als laatste roer je de stukjes selderij erdoor.

Surinaamse Bami

Surinaamse Nasi

Ingrediënten:
– 500gr basmatirijst
– 1 grote ui
– 6-8 teentjes knoflook
– 2-4 maggiblokjes
– 1 klein stukje trassie
– 1tl zwarte peper
– 1/2tl pimentpoeder
– 2cm verse gember in 2 stukjes gehakt
– 1 kipfilet
– 50gr/klein bakje gedroogde garnalen
– zoete ketjap manis
– zoute ketjap/chinese black soy
– 3 stengels selderij
– 100gr doperwten
– zonnebloemolie


Bereiding:
Kook de rijst gaar en laat deze afkoelen. Laat de gedroogde garnalen een half uurtje wellen in een bakje water.


Er zijn 2 manieren om de kip te bereiden:
1. Kook de kip gaar in water waar je een bouillonblokje en takje selderij aan toevoegt. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze of snijd ‘m in kleine stukjes (voor als je weinig tijd hebt).
2. Smeer de kip in met een verkruimeld maggiblokje en laat deze een uur marineren in de koelkast. Bak de kipfilet vervolgens gaar en met een krokant jasje in de olie. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze fijn.


Hak de ui en knoflook fijn. Hak de blaadjes selderij fijn en bewaar deze in een bakje voor later.


Verwarm wat zonnebloemolie in een wok en bak hierin het ui/knoflookmengsel zachtjes. Voeg na circa 2 minuten de zwarte peper, pimentpoeder, stukjes gember, 2 maggiblokjes en de trassie toe. Voeg een klein scheutje water toe zodat het niet aanbakt, maar een papje wordt. Bak dit nog even een paar minuten door. Voeg daarna de gepluisde of stukjes kip toe en de garnalen. Bak dit wederom een minuutje of 2 mee. Als laatste gaan de doperwten erin, ongeveer een minuutje.


Zet het vuur wat zachter en voeg de helft van de rijst toe. Doe hier 4 eetlepels zoute ketjap en 2 eetlepels zoete ketjap bij. Ga nu heel goed roeren met 2 pollepels. Iedere korrel rijst moet een bruin laagje krijgen, neem hier de tijd voor. Voeg daarna de andere helft toe met nog 3 eetlepels zoute ketjap en 1 eetlepel zoete ketjap. Wederom heel goed roeren totdat alle rijstkorrels mooi bruin zijn. Als laatste roer je de stukjes selderij erdoor.

Bara

Surinaamse Nasi

Ingrediënten:
– 500gr basmatirijst
– 1 grote ui
– 6-8 teentjes knoflook
– 2-4 maggiblokjes
– 1 klein stukje trassie
– 1tl zwarte peper
– 1/2tl pimentpoeder
– 2cm verse gember in 2 stukjes gehakt
– 1 kipfilet
– 50gr/klein bakje gedroogde garnalen
– zoete ketjap manis
– zoute ketjap/chinese black soy
– 3 stengels selderij
– 100gr doperwten
– zonnebloemolie


Bereiding:
Kook de rijst gaar en laat deze afkoelen. Laat de gedroogde garnalen een half uurtje wellen in een bakje water.


Er zijn 2 manieren om de kip te bereiden:
1. Kook de kip gaar in water waar je een bouillonblokje en takje selderij aan toevoegt. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze of snijd ‘m in kleine stukjes (voor als je weinig tijd hebt).
2. Smeer de kip in met een verkruimeld maggiblokje en laat deze een uur marineren in de koelkast. Bak de kipfilet vervolgens gaar en met een krokant jasje in de olie. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze fijn.


Hak de ui en knoflook fijn. Hak de blaadjes selderij fijn en bewaar deze in een bakje voor later.


Verwarm wat zonnebloemolie in een wok en bak hierin het ui/knoflookmengsel zachtjes. Voeg na circa 2 minuten de zwarte peper, pimentpoeder, stukjes gember, 2 maggiblokjes en de trassie toe. Voeg een klein scheutje water toe zodat het niet aanbakt, maar een papje wordt. Bak dit nog even een paar minuten door. Voeg daarna de gepluisde of stukjes kip toe en de garnalen. Bak dit wederom een minuutje of 2 mee. Als laatste gaan de doperwten erin, ongeveer een minuutje.


Zet het vuur wat zachter en voeg de helft van de rijst toe. Doe hier 4 eetlepels zoute ketjap en 2 eetlepels zoete ketjap bij. Ga nu heel goed roeren met 2 pollepels. Iedere korrel rijst moet een bruin laagje krijgen, neem hier de tijd voor. Voeg daarna de andere helft toe met nog 3 eetlepels zoute ketjap en 1 eetlepel zoete ketjap. Wederom heel goed roeren totdat alle rijstkorrels mooi bruin zijn. Als laatste roer je de stukjes selderij erdoor.

Saoto Soep

Surinaamse Nasi

Ingrediënten:
– 500gr basmatirijst
– 1 grote ui
– 6-8 teentjes knoflook
– 2-4 maggiblokjes
– 1 klein stukje trassie
– 1tl zwarte peper
– 1/2tl pimentpoeder
– 2cm verse gember in 2 stukjes gehakt
– 1 kipfilet
– 50gr/klein bakje gedroogde garnalen
– zoete ketjap manis
– zoute ketjap/chinese black soy
– 3 stengels selderij
– 100gr doperwten
– zonnebloemolie


Bereiding:
Kook de rijst gaar en laat deze afkoelen. Laat de gedroogde garnalen een half uurtje wellen in een bakje water.


Er zijn 2 manieren om de kip te bereiden:
1. Kook de kip gaar in water waar je een bouillonblokje en takje selderij aan toevoegt. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze of snijd ‘m in kleine stukjes (voor als je weinig tijd hebt).
2. Smeer de kip in met een verkruimeld maggiblokje en laat deze een uur marineren in de koelkast. Bak de kipfilet vervolgens gaar en met een krokant jasje in de olie. Laat de kipfilet afkoelen en pluis deze fijn.


Hak de ui en knoflook fijn. Hak de blaadjes selderij fijn en bewaar deze in een bakje voor later.


Verwarm wat zonnebloemolie in een wok en bak hierin het ui/knoflookmengsel zachtjes. Voeg na circa 2 minuten de zwarte peper, pimentpoeder, stukjes gember, 2 maggiblokjes en de trassie toe. Voeg een klein scheutje water toe zodat het niet aanbakt, maar een papje wordt. Bak dit nog even een paar minuten door. Voeg daarna de gepluisde of stukjes kip toe en de garnalen. Bak dit wederom een minuutje of 2 mee. Als laatste gaan de doperwten erin, ongeveer een minuutje.


Zet het vuur wat zachter en voeg de helft van de rijst toe. Doe hier 4 eetlepels zoute ketjap en 2 eetlepels zoete ketjap bij. Ga nu heel goed roeren met 2 pollepels. Iedere korrel rijst moet een bruin laagje krijgen, neem hier de tijd voor. Voeg daarna de andere helft toe met nog 3 eetlepels zoute ketjap en 1 eetlepel zoete ketjap. Wederom heel goed roeren totdat alle rijstkorrels mooi bruin zijn. Als laatste roer je de stukjes selderij erdoor.